Baantjer Seizoen 4

Een boer in district Amstelland vindt het lichaam van een man uit Servië: Milan Tolimir. De Cock en Vledder hebben als enige aanwijzing een bonnetje van een Joegoslavisch restaurant in Amsterdam. Maar al snel wordt duidelijk dat Milan niet bepaald een frisse vent was. Hij werkte voor de Joegoslavische onderwereld en was bekend bij het Joegoslavië Tribunaal in Den Haag. Er zijn in ieder geval genoeg verdachten die een motief hebben om Milan te vermoorden. Maar De Cock begrijpt niet waarom dat in een boerenschuur in Amstelland moest gebeuren. Totdat hij beseft dat dat alles met het motief van de dader te maken heeft.

Dat Tjeerd Fokkema en zijn honden bij geen van zijn buren echt geliefd waren, wordt duidelijk als hij dood in zijn eigen tuin ligt. De Cock en Vledder onderzoeken de moord in het volksbuurtje in Amsterdam-Noord en worden geconfronteerd met burenruzies, roddel en achterklap. De Cock is ervan overtuigd dat een doodziek buurmeisje de sleutel tot de oplossing van deze moord is. Maar Buitendam verbiedt hem om het meisje te verhoren.

In een kraakpand wordt het lichaam van Marco Kruisveen gevonden. Zijn ogen zijn uitgestoken en de dader heeft op de muur een tekst geschreven. De Cock en Vledder verhoren Marco’s huisgenoten, stuk voor stuk vreemde types, maar niemand lijkt in de gelegenheid te zijn geweest om deze gruwelijke moord te plegen. Het onderzoek loopt vast, totdat de moordenaar een grote fout maakt: hij gaat Keizer, Vledder en zelfs De Cock bedreigen.

Ron van Veen, uitgever van damesbladen, wordt dood aangetroffen. De Cock komt er al snel achter dat Ron bij de dames niet echt geliefd was. Hij was een klootzak die zijn vrouw mishandelde en vreemd ging bij het leven. Als Den Koninghe meldt dat Ron, voordat hij doodging, met knuppels in elkaar is geslagen, verbaast dit De Cock ook nauwelijks. Zijn probleem is echter dat alle verdachten een alibi blijken te hebben.

Dokter Den Koninghe vraagt toestemming om sectie te verrichten op een overleden bejaarde dame, maar De Cock is op vakantie, en Vledder vindt het onzin. Als Den Koninghe De Cock terug laat komen, voelt Vledder zich gepasseerd. Totdat blijkt dat de oude dame inderdaad vermoord is en Vledder moet toegeven dat hij de hulp van De Cock goed kan gebruiken.

Als het huis van Dennis Bouman – een veelbelovend tennisser – in brand wordt gestoken, ontsnapt hij ternauwernood aan de dood. Zijn vriendin Astrid redt het niet. Zij sterft in de vlammen. Tot De Cocks verbazing doet het Dennis en zijn collega tennissers nauwelijks iets. Door de dood van hun collega fixeren zij zich nog sterker op hun tenniscarrières. Winnen is het enige dat telt. Dan verliest er weer iemand. Zij blijven gefixeerd op hun tenniscarrière. Alles om te winnen. Totdat een van hen zich niet kan voorstellen dat iemand haar of hem op deze manier wil uitschakelen. Maar De Cock en Vledder komen erachter dat deze jonge mensen, die er alles voor over hebben om te winnen, maar één doel hebben.

Iemand heeft een beeld van de wraakengel Gabriël gebruikt om pater Erwin van der Vlugt te vermoorden. De Cock en Vledder staan voor een raadsel. Wie vermoordt er nou een priester? In zijn omgeving zijn mensen ervan overtuigd dat de man een heilige was. Maar De Cock en Vledder komen er al snel achter dat de man zich met zeer aardse zaken bezighield.

De populaire zanger Donny Stevens heeft succes. Hij heeft een aantrekkelijke vriendin, die met hem wil trouwen, platenproducers steken geld in hem, roddeljournalisten geven hem publiciteit en hordes fans hun aandacht. Iedereen trekt aan Donny. Maar succes blijkt dodelijk. De Cock en Vledder ontdekken dat iedereen die gebaat was bij het succes van Donny, ook gebaat was bij zijn dood.

Dat Anja (Lotus) Langeweg een gevaarlijk spel speelde, wordt duidelijk als zij dood wordt aangetroffen in haar eigen SM-tuig. Het is meteen duidelijk wie er niet gecharmeerd was van Anja’s spelletjes. De buren hadden niet alleen last van geluidsoverlast, de zus van Anja vluchtte letterlijk het huis uit. Het kost De Cock en Vledder veel meer moeite om er achter te komen wie Anja’s spel meespeelde en er ten slotte slachtoffer van werd. Gelukkig krijgt De Cock hulp van een blinde jongen met hele scherpe oren.

Het bruiloftsfeest van een Amsterdams meisje en een Turkse jongen eindigt in een bloedbad. Het is overduidelijk dat maar weinig van de aanwezigen echt gecharmeerd waren van dit huwelijk. Maar dat de gemoederen zo hoog op kunnen lopen dat zelfs de bruid vermoord wordt, daar kan De Cock totaal geen begrip voor opbrengen.

Sonja heeft een website waarop ze betalende klanten seksuele diensten verleent. Op het moment dat een boekhouder uit Assen is ingelogd, wordt zij door een gemaskerde man doodgeschoten. De man uit Assen waarschuwt de politie in Amsterdam. De Cock, die met de zaak wordt belast, heeft maar weinig aanwijzingen om de moord op te lossen, totdat een journaliste van Het Parool hem attendeert op welk spoor hij moet gaan zitten. Dan blijkt een oude bekende van De Cock, een gerenommeerd strafadvocaat, meer bij de zaak betrokken te zijn dan zowel de De Cock als de strafpleiter had gewenst.

De Cock en Vledder onderzoeken de plotselinge dood van een steenrijke oude diamantairsweduwe. Haar dood is omringd met vragen. Haar schoonzoon wil vooral weten waar de Casseiopeia – een reeks zeldzame diamanten – gebleven is. Gelukkig brengt het testament van mevrouw Van Lookeren De Cock en Vledder op het goede spoor.

Op een graf wordt het lijk gevonden van een man. Het kost De Cock en Vledder enige moeite om zijn identiteit te achterhalen. Als blijkt dat de man boven op zijn eigen graf lag, staat De Cock voor een raadsel. Hij besluit om het graf te laten openen, maar hierdoor worden er meer vragen opgeroepen dan beantwoord.